De afgelopen jaren kwamen tal van contractsverhoudingen onder hoogspanning te staan. Dat kwam onder meer door de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne, maar er zijn ook genoeg contractsverhoudingen die al langer uit het lood geslagen zijn door grote verschillen in economische macht tussen partijen. Zo rezen er vragen over misbruik van economische machtspositie en asymmetrische contractsverhoudingen, maar ook over ruilrechtvaardigheid in het algemeen en vragen van eerlijke prijsvorming in plotseling instabiele of langdurig onevenwichtige markten. Veel van deze vragen laten zich eenvoudig koppelen aan oude civielrechtelijke ‘bekenden’ zoals woeker, iustum pretium, wederzijdse dwaling, pacta sunt servanda en de toetsing van algemene voorwaarden. Hoe verhouden die leerstukken zich tot de rol van ruilrechtvaardigheid in het privaatrecht? De vraag is actueel: als de afgelopen jaren iets hebben laten zien, is het dat ruilrechtvaardigheid in instabiele markten aan alle kanten kan verdampen: de een krijgt overwinsten, de ander kan zijn rekeningen niet meer betalen. En wat doet het privaatrecht? Tijd voor bezinning op ruilrechtvaardigheid en de fundamenten van de binding aan het contract anno nu. Deze rede geeft handvatten en laat zien dat het idee van contractuele ruilrechtvaardigheid helemaal niet vreemd is aan ons privaatrecht.
Met het uitspreken van deze rede aanvaardde Willem van Boom (1969) op 23 juni 2023 de leerstoel burgerlijk recht aan de Radboud Universiteit te Nijmegen.
Je hebt een zakelijk account nodig om dit product te kunnen bestellen. Je bent nu ingelogd met het e-mailadres: .
Wil je dit e-mailadres gebruiken voor je zakelijk account?
Ander e-mailadres gebruiken voor zakelijk account Huidig e-mailadres gebruiken voor zakelijk account